Primaire Lensluxatie 

 

In het oog wordt de lens door ophangbanden (fibrae zonulares) op zijn plaats gehouden. Deze ophangbanden kunnen verkeerd zijn aangelegd, scheuren of langzaam afsterven. Het gevolg hiervan is dat de lens loslaat. De lens kan gedeeltelijk loslaten (subluxatie) of zijn geheel loslaten (luxatie). In het geval van een lensluxatie kan de lens op zijn plaats blijven staan of naar voren of naar achteren kantelen. Een gekantelde lens kan vervolgens de afvoer van vocht uit het oog blokkeren. Wanneer kamerwatervocht uit het oog niet kan worden afgevoerd, zal dit vocht zich gaan ophopen in het oog en ontstaat glaucoom.

 

Symptomen

De verschijnselen die gezien worden, zijn afhankelijk van de mate van loslating van de lens en van de richting waarin de lens zich kantelt. De volgende verschijnselen kunnen gezien worden:

• Een pijnlijk, blind of slechtziend oog;

• Witte wolkjes voor de pupil;

• Een halvemaanvormige rand tussen de pupilrand en de lens;

• Een afgeplatte, brede iris;

• Bij bewegingen van het oog, kan de lens ‘nawiebelen’;

• Soms kan je de lens voor de iris en de pupil in de voorste oogkamer zien liggen;

• Witte sluiering van het hoornvlies waardoor je niet meer of minder in het oog kan kijken en de lens en de iris niet meer zichtbaar zijn;

• Een grote opgezwollen oogbol.

 

Diagnose 

Door middel van nauwkeurig en uitgebreid oogonderzoek is de diagnose van lensluxatie te stellen. Ook dient ook de oogboldruk gemeten te worden; op deze manier wordt vastgesteld of er al sprake is van glaucoom.

 

Tegenwoordig is een DNA test van Primaire Lens Luxatie (PLL) beschikbaar zodat alle ouderdieren, voordat er met ze gefokt gaat worden, kunnen worden getest op het genetisch bij zich dragen van deze aandoening.

 

Behandeling

De behandeling van een volledige lensluxatie bestaat uit het operatief verwijderen van de losgelaten lens uit het oog. Deze behandeling dient bij honden op korte termijn te worden ingesteld: binnen 1 tot 3 dagen. Als er langer wordt gewacht, is er bij de hond grote kans op ontstaan van glaucoom.

 

Soms wordt besloten om de lensluxatie alleen met medicatie te behandelen en is het van groot belang om regelmatig op controle te komen. Een omstandigheid waarin dit besloten kan worden is bijvoorbeeld een zeer oude hond met een groot narcose risico.

 

Prognose

De prognose van het oog is na verwijderen van de lens goed. Indien er sprake is van de erfelijke vorm, kan ook altijd de lens van het andere oog kantelen. Als de lensluxatie op korte termijn is vastgesteld en het netvlies niet beschadigd is, is de prognose voor het gezichtsvermogen na de operatie redelijk goed; het gezichtsvermogen zal niet meer zo goed zijn als voorheen maar de hond kan nog steeds traplopen, springen en zal niet tegen tafel- of stoelpoten lopen.